Om te beginnen praten we eerst wat je wilt leren of verbeteren. Dan kijkt de ergotherapeut samen met jou hoe doe je het nu, wat gaat er lastig en wat kan er beter. Samen gaan we oefenen om het beter of anders te leren, of hoe kunnen we het praktisch oplossen zodat jij die activiteit toch kan doen. Meestal lukt het, maar het kan zijn dat je een hulpmiddel nodig hebt om de activiteit makkelijker te kunnen doen. Of dat je een andere stoel, tafel of fiets nodig hebt. Dat kan worden aangevraagd. Afhankelijk van je hulpvraag kan de ergotherapeut op school of op bijvoorbeeld je sportvereniging komen kijken.

Als jouw probleem te maken heeft prikkelverwerking, zodat je (soms) erg druk bent of je kan je niet goed concentreren, dan bekijkt de ergotherapeut hoe jij de prikkels uit jouw omgeving verwerkt. Dus hoe reageer jij op geluid, licht, aanraking, beweging. Daarvoor vullen jij en je ouders lijsten in en doen we testjes (zijn net spelletjes) in de praktijk. Daaruit komt een “sensorisch profiel” een verslag zodat je ouders en de leerkracht snappen wat jij doet en nodig hebt om te doen wat je moet doen.

Bij de ergotherapie mag jij aangeven waar je het liefst aan wilt werken. Dan oefen je samen met de ergotherapeut zodat het weer leuk wordt om het zelf te doen.